Geen vage en ongrijpbare claims, maar keiharde feitelijke data

Hoe een nieuwe standaard in duurzaamheid en brandveiligheid de gevelbouw op scherp zet

Transparantie is geen luxe meer, maar noodzaak. Zeker in de gevelbouw, waar keuzes over materialen letterlijk impact hebben op mensenlevens én het milieu. Terwijl veel producenten nog schermen met algemene duurzaamheidsambities en vage beloftes, kiest Trespa uit Weert voor een wezenlijk andere koers. Het bedrijf introduceerde vorig jaar de Trespa Standaard: een gedurfde, meetbare en vooral controleerbare benadering van duurzaamheid en veiligheid. “We zeggen wat we doen, en we doen wat we zeggen. Zonder marketingpraat”, stelt Marco Beelen, Regiomanager Nederland en het Verenigd Koninkrijk.

Vorig jaar waren er al de eerste publicaties in de markt over de Trespa Standaard en daar werd volgens Beelen positief op gereageerd. “Het is misschien te snel om nu al conclusies te trekken, maar ik ben er eigenlijk wel van overtuigd dat de markt ziet dat er gewoon behoefte is aan een standaard. De wereld zit complex in elkaar, feiten lijken soms meningen en meningen worden gepresenteerd als feiten… maar wat is nu waar? Men was én is op zoek naar onafhankelijke informatie waardoor betere keuzes kunnen worden gemaakt.”

Van streven naar bewijzen

Veel bedrijven in de bouwsector zeggen dat duurzaamheid ‘in hun DNA zit’. Maar volgens Beelen is dat anno 2025 niet genoeg meer. “We moeten weg van vrijblijvende kreten.   

Duurzaamheid zonder bewijs is geen duurzaamheid. Met de Trespa Standaard maken we alles toetsbaar. We zijn radicaal transparant over onze impact en onze keuzes, en dat is precies waar de branche behoefte aan heeft.”

Die noodzaak is evident. De bouwsector is immers verantwoordelijk voor zo’n 39% van de wereldwijde energiegerelateerde CO2-uitstoot. En juist daarom wil Trespa niet alleen intern verduurzamen, maar ook architecten, gevelbouwers, ontwerpers en opdrachtgevers beter toerusten om verantwoorde materiaalkeuzes te maken. Met objectieve, geverifieerde data.

Wat ís de Trespa Standaard?

De Trespa Standaard is geen slogan, maar een concrete set uitgangspunten, gebaseerd op drie pijlers:

1e pijler: Transparantie en bewijsvoering – Alle gepubliceerde milieu- en gezondheidsclaims zijn onderbouwd met externe validatie, zoals EPD’s, HPD’s, VOC-tests en biobased inhoudsverklaringen.

2e pijler: Meetbare duurzaamheid – Van hernieuwbare grondstoffen tot CO2-opslag in houtvezels en energiezuinige productieprocessen.

3e pijler: Praktisch hergebruik – Via het ‘Second Life’-programma worden panelen een tweede leven gegund in minder kritische toepassingen, met behoud van hun ecologische waarde.

Deze standaard is geen eindpunt, benadrukt Beelen, maar een begin: “We willen anderen in de sector inspireren om ook data-gedreven te werken. Want pas als je weet wat je uitstoot, kun je er iets aan doen.”

Geen loze beloften

Een belangrijk aspect van de Trespa Standaard is het bewust níet doen van overdreven claims. “We zijn uitgesproken en direct, maar nooit opgeblazen. Alles wat we communiceren moet waar zijn en te toetsen. Geen superlatieven, maar cijfers en feiten. Geen ‘duurzaam labeltje’, maar een bewezen milieuproductverklaring per paneel.” Daarmee richt Trespa zich op een vakpubliek dat snakt naar helderheid in een vaak ondoorzichtige markt. “Architecten en gevelbouwers willen geen glossy brochures meer. Ze willen weten waar ze aan toe zijn en welke CO2-impact een product heeft. Wat het betekent voor certificering? En wat er aan het eind van de levensduur nog mee kan gebeuren? Die antwoorden geven wij.”

Second Life: van gevel tot fietsenstalling

Een opvallend onderdeel van de Trespa Standaard is het ‘Second Life’-programma. Panelen die niet langer nodig zijn in hun eerste toepassing, worden teruggenomen en ingezet voor een tweede leven: bijvoorbeeld in abri’s, fietsenstallingen of meubels. Daarmee blijft de opgeslagen koolstof langer behouden en wordt verspilling voorkomen.

“Wij geloven dat elke plaat een tweede leven verdient”, zegt Beelen. “Maar je moet het wel organiseren. Daar hebben we nu een programma voor ontwikkeld, zodat hergebruik eenvoudig en traceerbaar wordt. Het past volledig in het streven naar circulaire bouw.”

Minder beloven, meer bewijzen

De kracht van de Trespa Standaard zit in de eenvoud: zeg wat je doet, laat zien wat het oplevert, en zorg dat het klopt. Beelen noemt het ‘een ongekende toewijding aan transparantie’. En dat is precies wat deze tijd vraagt. “In plaats van mee te gaan in marketingpraatjes, durven we juist terug te grijpen op feiten. We geloven dat de toekomst ligt bij bedrijven die niet ‘duurzaamheid beloven’, maar het gewoon aantonen. Dat vraagt durf. Maar het levert ook iets op: vertrouwen.”

Wat betekent dit voor de gevelbouw?

Voor professionals in de gevelbouw biedt de Trespa Standaard concrete handvatten. Niet alleen om te voldoen aan steeds strengere eisen, maar vooral om echt duurzamer en veiliger te bouwen. De beschikbaarheid van transparante data maakt het eenvoudiger om projecten te certificeren, betere materialen te selecteren, en ook in het bestek onderbouwde keuzes te maken. Ook het ‘Second Life’-programma past in de opkomst van circulaire bouwmodellen, waarin ontwerp, uitvoering en hergebruik samenkomen in één keten. En juist dat is waar de toekomst van gevelbouw ligt: in verantwoordelijkheid nemen over de hele levenscyclus van materialen.

De boodschap van Trespa is dan ook helder: de tijd van vrijblijvendheid is voorbij. De gevelbouwsector staat voor grote uitdagingen, maar ook kansen. Wie kiest voor bewezen prestaties en meetbare waarden, zet vandaag de stap naar een toekomstbestendige bouwpraktijk. Of zoals Marco Beelen het samenvat: “Duurzaamheid is geen modewoord meer. Het is een kwestie van keuzes durven maken. En die keuzes moeten gebaseerd zijn op feiten, niet op gevoel.”