Van data tot categorie 2 kaart
De bedrijven die bij de VMRG aangesloten zijn, zullen waarschijnlijk bekend zijn met de VMRG activiteiten betreffende categorie 2 kaarten, oftewel kaarten met branchedata, in de Nationale Milieu Database (NMD). In dit artikel zetten we helder uiteen hoe de VMRG van een verzoek tot een categorie 2 kaart komt, met daarbij een toelichting waarom sommige processen meer tijd in beslag nemen dan men aanvankelijk zou verwachten.
Er wordt soms gedacht dat het niet nodig is om categorie 2 kaarten te maken wanneer producenten ook eigen categorie 1 kaarten kunnen maken. In de praktijk blijken categorie 2 kaarten echter belangrijk te zijn voor de branche.
Architecten en adviseurs dienen berekeningen voor vergunningen vroeg in, vaak nog voordat aannemers voor bepaalde partijen hebben gekozen. Bij het uitvoeren van deze vroege berekeningen kan een branchegemiddelde worden gebruikt, de categorie 2 kaarten, om aan te tonen dat op gebouwniveau aan de eisen wordt voldaan. Categorie 2 kaarten worden intensief gebruikt, ook door producenten die niet over de budgetten of mankracht beschikken om eigen kaarten op te stellen.
Zoals eerder uitgelegd in Gevelbouw 1 van dit jaar wordt een kaart voor de Nationale Milieudatabase gemaakt op basis van de EN 15804. Deze beschrijft hoe een Life Cycle Analyse (LCA) uitgevoerd moet worden, met aanvullingen volgens de Nederlandse PCR NEN-EN 17213:2020. Hierin staan de Nederlandse rekeneisen voor ramen en deuren.
De branchedata vertegenwoordigt de leden (gevelbouwers) van de VRMG.
De VMRG vraagt bij de leveranciers van de gevelbouwers, zoals systeemhuizen, alle A1 data uit. Dat zijn grofstoffelijk de volgende onderdelen waarvan het specifieke materiaal nodig is, het aantal kilogrammen of m2, de leverancier en de wijze van transport:
De verschillende systeemhuizen worden gemiddeld op basis van marktaandeel, uitgevraagd bij de VMRG leden. Op basis hiervan wordt een fictief VMRG raam gecreëerd. Deze systeemhuizen leveren aan een fictieve VRMG gevelbouwer die gevestigd is op de gemiddelde VMRG locatie in Nederland. Hiervoor is de locatie van de systeemhuizen nodig en de wijze van transport. Een energie uitvraag onder alle VMRG leden geeft inzicht in hoeveel en welke vormen van energie en/of gas nodig zijn om één raam te produceren. Voor de andere fasen van de LCA wordt bijvoorbeeld ook gekeken naar specifieke schoonmaakmiddelen die worden gebruikt voor de gevel. Deze data samen met de eerder genoemde normen vormen voldoende input om in LCA software tot een gedegen EPD (Environmental Product Declaration) te komen.
Zo kort geformuleerd, lijkt het heel overzichtelijk voor alle partijen om informatie aan te leveren. Echter blijkt in de praktijk dat de informatie op verschillende plaatsen bewaard wordt en deze intern bij elkaar verzameld moet worden. Ook zijn niet alle bedrijven meteen bereid om openheid te geven wat betreft hun leveranciers. Hiervoor tekent de VMRG dan een geheimhoudingsovereenkomst oftewel een NDA (Non-Disclosure Agreement).
Hiernaast is het belangrijk om een representatief beeld van alle data te krijgen. Zo is het bijvoorbeeld noodzakelijk om van veel leden het energieverbruik te weten om een eerlijk gemiddelde te constateren. Hoe meer leden deze informatie snel aanleveren, des te sneller het algemene proces gaat.
De berekeningen kosten natuurlijk ook tijd. De VMRG heeft wel in haar medewerkers geïnvesteerd zodat zij deze zelf kunnen doen. Het voordeel hiervan is dat er meer flexibiliteit is in het maken van berekeningen.
Nadat de VMRG overtuigd is van de berekeningen, gaat deze inclusief onderbouwing voor de data naar een notified body. Deze gaat alle stappen na om te zien of alle normen gehanteerd zijn, of de data betrouwbaar is en of er geen stappen in het proces zijn overgeslagen. Deze notified body wordt betaald, wat een prijzige aangelegenheid is en kan er tot 3 maanden over doen om zijn uitslag te geven. Hiervan kan de conclusie zijn dat er nog wat moet worden aangepast. De VMRG past de berekeningen dan aan of geeft verdere uitleg bij de onderbouwing.
Milieukaarten in de Nationale Milieudatabase kosten veel tijd en geld om te maken. Daardoor is het belang van branchekaarten voor kleinere bedrijven extra groot.