Aan de rand van het Lauwersmeergebied, op de grens van land en zee, verrijst het Werelderfgoedcentrum Waddenzee (WEC). Een indrukwekkend publiek gebouw dat niet alleen onderdak biedt aan Zeehondencentrum Pieterburen, maar ook ruimte maakt voor educatie, onderzoek, ontmoeting en beleving. Architect Pieterjan Corten van De Architecten van Team 4 en glasexpert Erwin Bruinink van AGC vertellen over hun bijdrage aan dit bijzondere project.
Corten raakte als co-architect betrokken bij het WEC nadat het Deense bureau Dorte Mandrup het winnende ontwerp had gemaakt. Als co-architect verzorgden wij samen met de aannemer de technische uitwerking, toetsing aan wet- en regelgeving, diverse ingrijpende projectoptimalisaties en de nadere integratie van wensen vanuit de diverse eindgebruikers. Het gebouw moest niet alleen functioneel en duurzaam zijn, maar uiteraard ook binnen het budget passen. Dat was geen sinecure op een buitendijkse locatie met zware eisen rondom veiligheid en ecologie. Volgens Corten draait het ontwerp om een krachtige metafoor. ‘De zorg voor zeehonden vormt letterlijk en figuurlijk het hart van het gebouw. De gezondheid van de zeehond zegt namelijk veel over de staat van de Waddenzee. Daarom is het centrum als een spiraal rondom het zeehondencentrum opgebouwd. Bezoekers lopen door de interactieve tentoonstelling via een hellingbaan omhoog met 360 graden uitzicht: van Nationaal Park Lauwersmeer tot Nationaal Park Schiermonnikoog. Zij worden meegenomen in het grotere verhaal over het ontstaan en de kwetsbaarheid van UNESCO Werelderfgoed Waddenzee. Met boven – in het hart van het gebouw – het nieuwe zeehondenziekenhuis met zeehondenbassins en een operatiekamer zichtbaar voor publiek. Bovenop het gebouw is een daktuin met inheemse beplanting aangelegd en deze plek biedt een adembenemend panorama over de Waddenzee en Lauwersmeergebied.’
Het WEC is meer dan een educatief bezoekerscentrum met zeehonden. ‘Als aanvulling op het zeehondenziekenhuis en de expositie zijn er ruimtes voor maritiem onderzoek, onderwijs, horeca en congressen. Het is een echt multifunctioneel gebouw dat als katalysator kan werken voor het havengebied van Lauwersoog.’ Dat het gebouw op een bijzonder kwetsbare plek staat -op de grens van twee Natura 2000-gebieden én in een dark sky gebied- bracht extra uitdagingen met zich mee. ‘De dark sky zone zorgt voor strenge beperkingen op lichtuitstoot. Het gebouw mag ’s nachts niet als een lantaarn boven het landschap uittorenen,’ aldus Corten. ‘Daarom is er gekozen voor een gefilterd lichtbeeld, met een tweede gevel van gerecyclede meerpalen als houten lamellenrooster. Dat werkt zonwerend én voorkomt lichtvervuiling.’
Voor AGC lag in dit project de lat uitzonderlijk hoog. ‘De architect wilde grote glaspartijen met veel daglicht, zonder dat het binnen te warm werd,’ zegt Bruinink. ‘Tegelijk moest je helder naar buiten kunnen kijken -zonder verkleuring dus- en was het voldoen aan zware brandwerende eisen een must.’ Het resultaat is een gevel opgebouwd uit onder meer jumboruiten van maar liefst 180 bij 380 centimeter, uitgevoerd in speciaal samengesteld glas. ‘Die ruiten zijn getest op brandwerendheid, zonwering en isolatie en zijn bestand tegen de extreme windbelasting die je hier buitendijks hebt. Om dat technisch voor elkaar te krijgen, is extra glasmassa nodig. Je zit op het randje van wat maakbaar is,’ legt Bruinink uit. Ook Corten benadrukt het belang van deze keuzes: ‘Vaak besteden architecten relatief weinig tijd aan glaskeuze. Hier was het echt een integraal onderdeel van het ontwerp. De kleur, het licht, de beleving van het landschap, alles moest kloppen.’
De bouw van het WEC kende zijn eigen dynamiek, passend bij de locatie. ‘2024 was een ongekend nat en onstuimig jaar,’ aldus Corten. ‘De ruwbouw en afwerking zijn daardoor vertraagd. Toch is het, mede dankzij het doorzettingsvermogen van aannemer Bouwgroep Dijkstra Draisma, gelukt om het gebouw volgens planning in december 2024 bouwkundig op te leveren.’ AGC was toen al ruimschoots klaar met haar werkzaamheden. ‘Onze beglazing moest vroeg in het proces geplaatst worden, want de gevel moest dicht zijn voordat de afbouw kon starten,’ aldus Bruinink. ‘Op een enkele breukruit na zijn we al driekwart jaar klaar. Voor ons is het project succesvol en soepel verlopen.’
Met het WEC krijgt het Waddengebied een gebouw dat natuur, cultuur en educatie op unieke wijze verbindt. Corten besluit: ‘We hebben als co-architect vaker samengewerkt met internationale bureaus, het Groninger Museum is daar een ander mooi voorbeeld van. Deze projecten laten zien dat zo’n samenwerking vaak prachtige resultaten oplevert. Het WEC is niet alleen een gebouw, maar ook een verhaal dat uitnodigt om verder te kijken naar het landschap, naar onze relatie met de natuur en naar de toekomst.’
Ipasol Ultra Select 62/29: super zonwerend
Pyrobel-T: brandwerend glas
Alle ruiten zijn zowel aan de buiten- als binnenzijde in gelaagd glas uitgevoerd ten behoeve van letsel -en doorvalveiligheid. Vanwege de windbelasting op de gevels zijn grote diktes van 66.2 en 88.2 gelaagd glas toegepast
Opdrachtgever: Stichting Werelderfgoedcentrum Waddenzee en adviseur abcnova
Architect: Dorte Mandrup en Team V.
Aannemer: Bouwgroep Dijkstra Draisma (BGDD) uit Dokkum
Glasplaatser: Gevelbouwer Rollecate
Glasproductie: AGC Kempenglas